Inhoud WBSO-regeling
De WBSO-regeling (Wet vermindering afdracht loonbelasting en premie volksverzekeringen, onderdeel speur- en ontwikkelingswerk) voorziet in een fiscale tegemoetkoming in de loonkosten van activiteiten gericht op onderzoek en ontwikkeling (speur- en ontwikkelingswerk, S&O) voor de eigen onderneming.
Producten, processen en programmatuur
Het kan gaan om de ontwikkeling van (onderdelen van) producten, productieprocessen en programmatuur. Voor producten en productieprocessen geldt dat het om tastbare, fysieke zaken moet gaan. Bij S&O-werkzaamheden op het gebied van programmatuur moet het gaan om het ontwikkelen van programmatuur die technisch nieuw is voor de aanvrager.
Of een project in aanmerking komt voor subsidie hangt in grote mate af van:
- Probleemstelling en oplossingsrichting; en
- Technische nieuwheid
Doelgroep
Deze fiscale faciliteit staat open voor:
- Ondernemers die werknemers in dienst hebben en geen publieke kennisinstelling zijn.
- Zelfstandigen die inkomstenbelasting betalen.
Belangrijkste voorwaarden
Projecten op het gebied van technisch-wetenschappelijk onderzoek en ontwikkelingswerk komen in aanmerking voor subsidie. Om voor de WBSO in aanmerking te komen, dient in ieder geval aan een aantal voorwaarden te worden voldaan. Deze voorwaarden zijn verschillend voor ontwikkeling van producten en ontwikkeling van programmatuur.
Voorwaarden voor projecten op het gebied van fysieke producten:
- Er is sprake van een ontwikkeling die voor de aanvrager nieuw is. Maatgevend hiervoor is dat bij de ontwikkeling sprake is van technische risico’s (onzekerheden). Bij het ontwikkelen is sprake van een technisch probleem, hiervoor wordt een nieuwe technische oplossing gezocht waarvan het werkingsprincipe wordt aangetoond in bijvoorbeeld een prototype.
- De activiteiten zijn systematisch georganiseerd.
- De activiteiten die in een EU-lidstaat worden verricht mogen ook worden meegenomen. Van belang hierbij is wel dat de activiteiten verricht dienen te worden voor een Nederlandse inhoudingsplichtige of een Nederlandse IB-ondernemer.
- Voor de WBSO eindigt de ontwikkeling zodra het werkingsprincipe is aangetoond. Dit kan bijvoorbeeld in een prototype, model of applicatie zonder gebruikerswaarde.
Voorwaarden voor projecten op het gebied van programmatuur:
- Er is sprake van technisch nieuwe programmatuur. Binnen de WBSO-regeling wordt onderscheid gemaakt tussen ‘functioneel nieuw’ en ‘technisch nieuw’. Bij functioneel nieuwe programmatuur wordt er weliswaar een nieuwe functionaliteit gerealiseerd, maar deze is niet gebaseerd op een nieuwe techniek, methode of informatietechnologisch principe. Programmatuur kan voor een aanvrager in technische zin nieuw worden geacht, indien naar een oplossing wordt gezocht waar bestaande technieken of methoden geen oplossing bieden. Werkzaamheden die alleen betrekking hebben op de bouw of het ontwikkelen van nieuwe functionaliteiten op basis van bestaande pakketten/technieken zijn niet technisch nieuw.
- Ook projecten waarbij programmatuur wordt ontwikkeld om bestaande componenten op technisch nieuwe wijze te integreren of te laten samenwerken zijn toegestaan. Achterliggende gedachte is dat het creëren van een goede onderliggende ICT-infrastructuur essentieel is voor het kunnen exploiteren van een innovatieve dienst. Aanvullende voorwaarde is dat u de bestaande programmatuurcomponenten hoofdzakelijk zelf hebt ontwikkeld en reeds in uw onderneming toepast.
- Ontwikkeling vindt plaats tot het moment waarop het werkingsprincipe is aangetoond en de implementatiefase ingaat. Het beschrijven van modellen, het formuleren van algoritmen of het beschrijven van een architectuur zonder dat er sprake is van programmatuurontwikkeling wordt niet gerekend tot werkzaamheden aan technisch nieuwe programmatuur.
- De activiteiten zijn systematisch georganiseerd.
- De activiteiten die in een EU-lidstaat worden verricht mogen ook worden meegenomen. Van belang hierbij is wel dat de activiteiten verricht dienen te worden voor een Nederlandse inhoudingsplichtige of een Nederlandse IB-ondernemer.
Bijdrage
De WBSO bijdrage voor medewerkers in loondienst is als volgt opgebouwd in 2019:
- Over de eerste € 350.000 van de totale S&O-loonsom bedraagt de WBSO bijdrage 32%, over het meerdere is dit 16%.
- Voor technostarters geldt 40% over de eerste € 350.000 en 16% over het meerdere.
- De S&O loonsom is hierbij opgebouwd uit 2 componenten:
- Urencomponent, gebaseerd op het aantal begrootte S&O uren vermenigvuldigd met het S&O uurloon.
- Kostencomponent, voor overige kosten en uitgaven aan het ontwikkelingsproject. Dit wordt bepaald op basis van een forfaitaire opslag per aangevraagd S&O uur óf op basis van begrootte kosten.
Voor een zelfstandige ondernemer is de S&O aftrek voor 2019 vastgesteld op €12.775 dat in mindering gebracht kan worden op de belastbare winst uit de onderneming. Een zelfstandige starter komt voor een extra S&O aftrek in aanmerking van €6.391.
Indieningstermijn
De deadline voor indiening van aanvragen is tenminste één volle kalendermaand voordat de S&O-werkzaamheden worden uitgevoerd. Jaarlijks mogen maximaal drie aanvragen worden ingediend voor een periode van drie tot zes maanden per aanvraag waarbij er geen overlap mag plaatsvinden tussen de aanvraagperiodes.